Synchronisatie MatrixKozijn API 40

Vanaf MatrixKozijn Project 4.0 Service Pack 9 bestaat de mogelijkheid om calculaties die aanwezig zijn in MatrixKozijn API 40 maar niet in MatrixProject als een Opdracht automatisch te laten aanmaken in MatrixProject.

Dit kan gebruikt worden om:

  • Calculaties die door MatrixKozijn API 40 zijn gesynchroniseerd uit WebKozijn automatisch aan te maken
  • Calculaties die in MatrixKozijn API 40 zijn geupload automatisch aan te maken

Het synchroniseren wordt uitgevoerd door de MatrixKozijn Project client applicatie en kan hierin ingesteld worden.

Configuratie

Om de instellingen aan te passen dient men te beschikken over de rechten MatrixProject Instellingen - Bewerken.

  1. De instellingen zijn onderdeel van de instellingen voor MatrixKozijn Uitwisseling.
    Open het dialoog door in het Backstage menu naar Instellingen te gaan, dan naar MatrixKozijn en klik dan op de knop met he label Instellingen MatrixKozijn Hout 4.0/MatrixKozijn Kunststof 4.0 en nieuwer.
  2. Het dialoog met de MatrixKozijn Uitwisseling Instellingen wordt nu geopend.
    De Instellingen voor de Projectsynchronisatie vindt u op het tabblad MatrixKozijn WebManager API.

     

    Is het tabblad MatrixKozijn WebManager API niet beschikbaar dan controleer of u bent u ingelogd op een Matrix.Drive welke correct is ingesteld om te samenwerken met MatrixKozijn WebManager API.
    Log eventueel opnieuw in op Matrix.Drive om er zeker van te zijn dat u een correcte verbinding hebt).


    Beschikt u niet over de rechten MatrixProject Instellingen - Bewerken dan kunt u de instellingen niet aanpassen.

  3. De synchronisatie wordt actief zodra er een waarde voor Interval wordt opgegven.
    Deze waarde geeft aan hoeveel tijd er verstrijkt tot de volgende synchronisatie wordt uitgevoerd.
    De waarde bij Interval vervallen geeft aan hoe lan MatrixKozijn Project wacht tot de synchronisatie is voltooid. Hoe langer de tijd des te meer projecten er verwerkt zullen worden.
    Indien bij Sjabloon Fase een sjabloon wordt opgegeven dan wordt automatisch een fase, gebaseerd op dit sjabloon aangemaakt, bij het aanmaken van de opdracht.

De instellingen bij Logniveau en Locatie log zijn voor het opsporen van problemen en kunnen eventueel door de Servicedesk opgevraagd of aangepast worden.