Biesse Winline

Biesse Winline / Uniline

MatrixCNC stuurt productiegegevens naar de machine via de applicaties BiesseWorks of bSolid.

 

Ondersteuning

Ondersteund wordt:

  • Standaard Kozijnen, ramen, deuren, rek- en vulhout, spouwlatten
  • Schuin werk
  • Togen

MatrixCNC calculeert tevens de positie van de klembalken (zie instellingen pagina) op de machine, en de positie van het te produceren onderdeel in de klemmen. Duo belading is beschikbaar.

 

Bestandsformaat (protocol)

De door MatrixCNC aan de machine software gegevens worden uitgestuurd in het Biesse CIX formaat.

Een CIX bestand bevat de bewerkingen van een of twee onderdelen, samen met de balk- en klemposities.

Daarnaast wordt een werklijst aangemaakt in het formaat BWW of DAT, afhankelijk van BiesseWorks of bSolid.

 

Macro's

MatrixCNC stuurt de verschillende bewerkingen uit die op het onderdeel moeten plaatvinden door middel van macro's die door de Groot zijn aangeleverd en in BiesseWorks of bSolid aanwezig zijn. De gebruikte macro's zijn:

 

Macro PROFIEL

Deze macro wordt gebruikt voor het frezen van sponningen, contramallen, beëindigingen en invalwerk. In feite alle bewerkingen waar in MatrixCNC een profielkop voor is geprogrammeerd.

 

Waarden voor deze macro:

  • Start XY van de profielkop op het onderdeel
  • Eind XY  van de profielkop op het onderdeel
  • Hoogte van de profielkop vanaf bovenkant hout
  • De zijde waarop de bewerking wordt uitgevoerd
  • De naam of code van het te gebruiken gereedschap
  • Inloop: dit bepaalt of het gereedschap haaks (bij invalwerk) of recht moet inlopen
  • Spanenkap positie
  • Snelheid voeding van het gereedschap
  • Frezen in heen- of terugloop

Opmerking: In tegenstelling tot MatrixCNC ondersteund de macro PROFIEL geen referentiepunten op het gereedschap. MatrixCNC zal de positie van het gereedschap terugrekenen naar de oorsprong van de kop. Deze waarden zijn in MatrixCNC Tools scherm ingevuld. Let op dat deze waarden exact overeenkomen met die in de machinesoftware om verschillen in maatvoering te voorkomen. De oorsprong van de kop ligt meestal op het eerst geprogrammeerde referentiepunt, maar dit kan afwijken!

 

Bij schuin ingestuurd gereedschap wordt door MatrixCNC de kop geroteerd om het gebruikte referentiepunt, waarna het referentiepunt wordt gepositioneerd op de diepte/hoogte in het freesprogramma. De uiteindelijke waarde in PROFIEL is vervolgens een verplaatsing naar de ingevulde oorsprong.

 

 

Macro BOREN

De standaard boormacro voor het boren van (deuvel)gaten. 

Waarden voor deze macro:

  • De zijde waarop wordt geboord
  • De positie van het eind van het gat in X,Y en Z.
  • De naam of code van het gereedschap
  • De maximale diepte per stap/boorgang
  • De hoek van de boor (hoek C)

 

Merk op: De macro BOREN beschrijft alleen de eindpositie van een cilindervorm. De naam van het gereedschap bepaalt indirect de diameter van de cilinder. In tegenstelling tot macro PROFIEL worden er geen verrekeningen naar een gereedschaps oorsprong gedaan. 

 

Als een fysieke boor moet worden gebruikt voor deuvelboringen en voorprikken met de centerpunt dan betekent dit dat er twee boren moeten worden geprogrammeerd, zowel in MatrixCNC en BiesseWorks/bSolid. Een standaard deuvelboor zal in de machine zijn nulpunt hebben liggen op de snijkanten (de 'bodem' van de cilinder). Een prikgatboor zal zijn nulpunt hebben liggen op het einde van de centerpunt van de boor (meestal 5mm, de 'bodem' van de cilinder zal dan liggen op het puntje van de boor)

 

Er is alleen verschil in gereedschapsnaam, beide cilinders zijn 43 diep. Het verschil in uitvoering wordt gemaakt in de oorsprong die in BiesseWorks of bSolid is geprogrammeerd. Vanuit MatrixCNC wordt alleen de naam BOOR14 of BOOR14P uitgestuurd, afhankelijk van welk gereedschap u in het MatrixCNC inkroosfiguur-regel hebt ingevuld. Bijvoorbeeld:

 

BOOR14 in het linkse figuur heeft in BiesseWorks/bSolid dan zijn werkpunt liggen op (bijvoorbeeld) 170mm. De uitgestuurde diepte van 43mm zal dan het linkse figuur als gevolg hebben, de onderkant van de cilinder ligt op de snijkant van de boor.

 

BOOR14P in het rechtse figuur heeft in BiesseWorks/bSolid dan zijn werkpunt liggen op (bijvoorbeeld) 175mm. De uitgestuurde diepte van 43mm zal dan het rechtse figuur als gevolg hebben, de onderkant van de cilinder ligt op de centerpunt van de boor.

 

 

Macro RECHTHOEK

Deze macro wordt gebruikt voor het frezen van een uitgekamerde rechthoek.

Waarden voor deze macro:

  • De zijde op het onderdeel
  • X, Y en Z positie van de rechthoek. Dit punt ligt in het midden van de rechthoek
  • Breedte, hoogte en diepte van de rechthoek
  • Radius in de hoeken van de rechthoek. Let op dat deze altijd groter is dan de diameter van de gebruikte schrobfrees!
  • Stapdiepte: de maximale diepte per stap.
  • Tool naam/code. De naam of code van het te gebruiken gereedschap
  • Rotatie hoek (Hoek A): De rotatiehoek om het nulpunt van de rechthoek. Bijvoorbeeld 10 graden bij het uitfrezen van een wisselsponning met een onderdorpelsponning
  • Hoek (hoek C): De verticale hoek van de rechthoek. Denk hierbij aan 3 graden arms frezen van een scharnier

 

Macro [vrije naam]

Deze macro neemt de naam over uit het basismacro scherm in MatrixCNC. Gebruikt voor alle andere macro typen die afwijken van RECHTHOEK. Denk hierbij bijvoorbeeld aan:

  • UITSPARINGB
  • UITSPARINGO
  • CIRKEL
  • LIJN
  • ZAAGONDER
  • ZAAGBOVEN
  • PLUGTEC START
  • PLUGTEC EIND

Waarden voor deze macro zijn in principe gelijk aan die van macro RECHTHOEK:

  • De zijde op het onderdeel
  • X, Y en Z positie van de macro. Het invoegpunt is vastgelegd in de macro die in BiesseWorks/bSolid is geprogrammeerd
  • Breedte, hoogte en diepte van de macro
  • Radius in de hoeken van de macro. Let op dat deze altijd groter is dan de diameter van de gebruikte schrobfrees!
  • Stapdiepte: de maximale diepte per stap.
  • Tool naam/code. De naam of code van het te gebruiken gereedschap
  • Rotatie hoek (Hoek A): De rotatiehoek om het nulpunt van de rechthoek. Bijvoorbeeld 10 graden bij het uitfrezen van een wisselsponning met een onderdorpelsponning
  • Hoek (hoek C): De verticale hoek van de rechthoek. Denk hierbij aan 3 graden arms frezen van een scharnier
  • Param2 tot en met param5: vrij te gebruiken waarde om mee te sturen naar de macro

 

Afwijkingen t.o.v. macro RECHTHOEK

Macro ZAAGBOVEN en ZAAGONDER: 

Startpositie op de bovenzijde, voorzijde, startzijde en de eindzijde van het onderdeel is de geprogrammeerde positie. Op alle andere vlakken is de startpositie verrekend met de profiellengte en de breedte van de macro. [X = L - (X + macro lengte)]

Macro UITSPARINGO heeft een vaste Y-positie van 0

Macro UITSPARINGO heeft een vaste Y-positie van de houthoogte

Macro's met de optie [zijde afhankelijke rotatie] spiegelen de ingevulde hoek aan de achterzijde.

 

Merk op: De naam van de gebruikte macro dient in BiesseWorks/bSolid aanwezig te zijn.