Berekeningsmethode

Eindige Elementen Methode

2D-Plaat wordt berekend met behulp van de Eindige Elementen Methode gebaseerd op de volgende uitgangspunten:

Element

Achtergrond

Convergentie van oplossing

Convex vlak 4-hoekige dun plaat- en schaalelement. Dit plaatelement wordt gebruikt voor zowel statische als dynamische berekeningen.

 

Convex plain 4-nodal thin plate/shell element

 

Dit plaatelement is ontwikkeld door Fraeijs de Veubeke volgens de theorie van Kirchhof  (dunne platen).Het element is gebaseerd op vijf vrijheidsgraden X’, Y’, Z’, X’r,Y’r in de ruimte van het locale element en zes vrijheidsgraden X, Y, Z, Xr, Yr, Zr in het globale assenstelsel.

 

De stijfheidmatrix wordt afzonderlijk opgebouwd voor X’-Y’ (Rek – Spanning) en Z’-X’r-Y’r (Buiging). Integratie in het element – numeriek.

 

De berekeningsresultaten  x, y, xy (Spanning-Rek), Mx, My, Mxy, Vx, Vy (Buiging)  worden geconcentreerd in het zwaartepunt van een element.  

Convergence of solution

 

u - verplaatsingen;

σ - spanningen/krachten;

||u|| - vierkantswortel van de integraal over u in het domein van een element;

 

Dit betekend dat, door een mesh 2x te verfijnen, de mogelijke fout in de verplaatsingen 4x kleiner wordt, terwijl de fout voor spanningen 2x kleiner wordt.  

 

Berekeningsmethoden van de platen

Er zijn verschillende berekeningsmethoden ontwikkeld afhankelijk van de verhouding tussen de dikte en de lengte van de platen:

 

Gemiddelde dikte

Dun

Erg dun

t/lx , t/ly

1/5  tot  1/10

1/5  tot  1/50

< 1/50

Beschrijving

Met dwarsvervorming

Zonder dwarsvervorming, meest gebruikt voor praktische toepassingen

Geometrisch niet-lineair, met membraan vervorming

Theorie

Reissner, Mindlin

Kirchhoff

von Karman

Gerelateerde ligger theorie

Timoshenko

Euler, Bernoulli

Theorie van de tweede orde

 

De meeste praktische toepassingen hebben betrekking op dunne platen. Binnen het lineaire gedrag is deze theorie die zich puur richt op buiging voldoende en dwarsvervorming kan/mag worden verwaarloosd (Kirchhoff theorie).

 

Aannamen van de Kirchhoff plaat theorie:

  1. geometrisch lineair (geringe trek en vervorming)
  2. lineair materiaal (lineaire elastisch (Hooke), in het meest simpele geval homogeen en isotroop
  3. dunne plaat

 

Bernoulli a+b: Kirchhoff theorie  Bernoulli a+b: Kirchhoff theory

Bernoulli a+b: Kirchhoff theory

 

Bernoulli a: Reissner-Mindlin theorie  Bernoulli a: Reissner-Mindlin theory

Bernoulli a: Reissner-Mindlin theory